Mensonterend dat gesol met de bed-bad-broodregeling

trouw.nl/opinie/mensonterend-dat-gesol-met-de-bed-bad-broodregeling

De crisis rond de opvang van uitgeprocedeerde asielzoekers is echt niet opgelost, nu de bed-bad-broodregeling (LVV) plots toch weer is ingesteld, vreest Elise Kant.

Elise Kant 13 mei 2023, 12:00

Het paniekvoetbal dat ons de komende tijd te wachten staat bij de opvang van mensen die hier asiel aanvragen, is al begonnen. Regelingen veranderen per dag. Begin van de week werd ineens de bed-bad–broodregeling ingetrokken, een dag later is diezelfde regeling weer ingesteld. Voor de komende tijd dan, maar hoe het volgend jaar gaat, weet niemand. Beseft de politiek wat dit gerommel in de praktijk voor mensen betekent: straks eten en een slaapplaats, of toch 2000 mensen extra die op straat bivakkeren? Kunnen we niet minimale menswaardigheid garanderen in dit land?

De aankondiging deze week om zo plotseling de Landelijke Vreemdelingen Voorziening (LVV) te sluiten, doet denken aan een kind dat verstoppertje speelt en denkt dat anderen hem niet zien. omdat het zelf zijn ogen dicht doet en niemand ziet. Zou de staatssecretaris gedacht hebben ‘sluit de LVV (en je ogen) en het probleem is opgelost’?

Menswaardigheid

De bed-bad-broodregeling is bedoeld om uitgeprocedeerde asielzoekers te begeleiden bij vertrek of – in het geval van nieuwe gegevens – om in Nederland de hernieuwde procedure af te kunnen wachten. Maar de LVV-regeling gaat vooral over menswaardigheid: mensen te eten geven en een dak boven hun hoofd, terwijl zij bezig zijn een uitweg uit hun levenscrises te zoeken.

De staatssecretaris wilde 30 miljoen euro besparen door de LVV af te schaffen. Bij besparing van dit bedrag ging de staatssecretaris voorbij aan internationale en Europese wetgeving. Ook werd er niet verder gekeken dan kortetermijnkosten. Immers, 2000 mensen meer op straat betekent op de lange termijn hogere kosten op het gebied van acute zorg en veiligheid.

En de druk wordt gewoon verlegd, op de onder meer door mantelzorg toch al overbelaste particulieren die initiatief nemen, die het drama op straat niet langer kunnen aanzien. Het is de caritas, die al eeuwenlang mensen opvangt die door de overheid niet worden gezien of niet belangrijk genoeg worden gevonden voor goede zorg.

Wat er nu gebeurt is op twee vlakken verontrustend. Ten eerste: de zorg voor steeds grotere groepen mensen wordt door de overheid losgelaten. Zoek het maar uit. De armste mensen in Nederland zijn immers niet de mensen die naar de voedselbank gaan, maar die daarvoor net te veel verdienen, maar ook leningen hebben die nergens op papier staan en niet worden meegerekend. Of mensen die al drie jaar op de voedselbank waren aangewezen, maar die zich niet durven te melden bij de gemeente.

Daarnaast mensen zonder verblijfspapieren. Naast de mensen in de LVV, die nu dus ook onzeker zijn geworden, zijn dat er duizenden. Afwassers, kamermeisjes, schoonmakers. Mensen die onze economie draaiende houden maar op grote schaal worden uitgebuit en een zeer beperkt aantal rechten hebben. Het recht op gastvrijheid wordt dagelijks met grote voeten getreden.

Rafelranden

Gelukkig zijn er in Nederland veel mensen die zich wel wat aantrekken van deze mensen aan de rafelranden van de samenleving. Toen in de coronatijd velen hun baan verloren, kwamen vrijwilligers massaal in actie om ervoor te zorgen dat niemand honger had. Alleen al in Amsterdam ging dat om zo’n 40 kleine initiatieven in buurten en wijken, die soms vanuit de eigen huiskamer eten verstrekten aan zo’n 17.000 mensen (ter vergelijking: bij de voedselbank waren dat er 5000).

De zorg voor mensen die de leus ‘Geen Honger in Amsterdam’ wilden waarmaken is ingevuld door de vele vrijwilligers die, vaak ervaringsdeskundig, niet konden aanzien wat in hun eigen straat gebeurde. In Amsterdam nam de lokale overheid financiële verantwoordelijkheid, maar dat laat onverlet dat het werk neerkomt op kwetsbare schouders. Ook dat is dus verontrustend.

Toevallig opgezet

De vraag is of we zo’n samenleving willen. Een land waar kwetsbare mensen zijn overgeleverd aan wat toevallig door vrijwilligers wordt opgezet. Een land waar mensen, vaak met zelf een minimuminkomen, andere mensen helpen en op wiens schouders het falen van de humanitaire rechtsstaat wordt gelegd. Duizenden mensen repareren dagelijks de gevolgen van een systeem dat in zijn voegen kraakt. Zij houden de humaniteit in stand.

De vraag aan de staatssecretaris blijft dan ook: als je het niet meer ziet, is het probleem dan opgelost of heb je het gewoon op andere schouders gekieperd? Het antwoord laat zich raden.